Procedures

Een zorgvoorziening moet elk voorval van grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van een gebruiker binnen de context van zorgverlening melden aan Zorg en Gezondheid.

De initiatiefnemer van een ouderenzorgvoorziening of zijn wettelijke vertegenwoordiger heeft dertig kalenderdagen de tijd om bewaar in te dienen tegen het het voornemen tot weigering van de voorafgaande vergunning .

Een ouderenzorgvoorziening mag jaarlijks de prijzen van zijn verschillende kamer- of opvangtypes indexeren. U hebt hier geen goedkeuring nodig. U moet de indexering wel eerst meedelen aan Zorg en Gezondheid via het e-loket.

Een ouderenzorgvoorziening mag de prijs voor nieuwe kamers of nieuwe dienstverlening zelf bepalen: voor een (deel van een) nieuwe voorziening, nieuwe supplementen of nieuwe producten onder een bestaand erkenningsnummer.

De prijs van kamer/supplement/dienst kan u alleen verhogen na goedkeuring van de minister (uitzondering: de jaarlijkse indexering). Dat moet u aanvragen en verantwoorden. Na goedkeuring moet u nog melden welke prijs u zal toepassen.

Om het indexpercentage te bepalen, moet de voorziening de startdatum opgeven van de huidige, nog-niet aangepaste prijs. De voorziening mag voor die datum teruggaan in de tijd, maar met een aantal beperkingen.

Een ouderenzorgvoorziening moet een kwaliteitshandboek opstellen. Uit dat handboek moet blijken hoe de voorziening zal voldoen aan de sectorale minimale kwaliteitseisen die voor de voorziening geformuleerd zijn als bijlage van het kwaliteitsdecreet.

Om als gebruiker in te kunnen loggen in het e-loket voor zorgvoorzieningen (als residentiële zorginstelling), moet u deze 6 stappen doorlopen.

Hier vindt u het overzicht van ouderenvoorzieningen die een tegemoetkoming ontvangen voor personeelsleden met een ex-gesco of ex-DAC-statuut.

Vanaf ten vroegste 1 april 2019 verloopt het opname- en facturatieproces tussen de woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra en de zorgkassen uitsluitend digitaal via het digitaal platform Vlaamse sociale bescherming. Om via dat platform te communiceren hebben ouderenvoorzieningen een RIZIV eHealth-certificaat nodig.

We hebben beslist om het digitaal opname- en facturatieproces gespreid uit te rollen in 2 fases. Tijdens die fases geldt een voorschotregeling.

De controle op indicatiestellingen (kappa-controle) in de ouderenvoorzieningen wordt vanaf 1 januari 2019 uitgevoerd door een zorgkassencommissie.

Woonzorgcentra, de centra voor kortverblijf en de dagverzorgingscentra krijgen een subsidie voor IT. Het gaat om een tegemoetkoming per voorziening om zich IT-matig voor te bereiden op de digitalisering van het opname- en facturatieproces en de implementatie van BelRAI als inschalings- en zorgplanningsinstrument (BelRAI-LTCF).

Sinds 1 januari 2019 moeten alle personen die in een woonzorgcentrum, centrum voor kortverblijf of dagverzorgingscentrum verblijven, via een zorkas aangesloten zijn bij de Vlaamse sociale bescherming. Alleen dan kan die zorgkas een tegemoetkoming voor zorg aan de ouderenvoorziening betalen.

Ouderenvoorzieningen  kunnen hun facturen voor prestaties met prestatiedatum tot en met 31/12/2018 na 1 januari 2019 nog aanbieden aan de verzekeringsinstellingen en dit voor een periode van twee jaar (d.w.z. in 2019 en 2020). Deze facturen zullen blijven verwerkt worden volgens de voormalige procedures.

Personeelsleden van verzorgingsinstellingen en -diensten die een erkende opleiding volgen kunnen een functiecomplement ontvangen.

Om zicht te houden op de uitbraak van COVID-19 en om advies te kunnen verlenen over uitbraakbeheersing, vragen wij de residentiële ouderenzorgvoorzieningen om ons dagelijks via het e-loket een aantal gegevens te bezorgen.

Om als woonzorgvoorziening erkend te kunnen worden en blijven, moet uw voorziening voldoen aan de brandveiligheidsnormen. Dat is één van de erkenningsvoorwaarden. U moet over een brandveiligheidsattest A of B afgeleverd door de burgemeester beschikken.